Print dit bijbelgedeelte

Bijbelgedeelte bij 25 september
Lezen: Lucas 22: 39-46
Vertaling 1951
39 En Hij verliet de stad en ging, zoals Hij gewoon was, naar de Olijfberg. En ook zijn discipelen volgden Hem. 40 En toen Hij aan die plaats gekomen was, zeide Hij tot hen: Bidt, dat gij niet in verzoeking komt. 41 En Hij zonderde Zich van hen af, ongeveer een steenworp ver, knielde neder en bad 42 deze woorden: Vader, indien Gij wilt, neem deze beker van Mij weg; doch niet mijn wil, maar de uwe geschiede! 43 En Hem verscheen een engel uit de hemel om Hem kracht te geven. 44 En Hij werd dodelijk beangst en bad des te vuriger. En zijn zweet werd als bloeddruppels, die op de aarde vielen. 45 En Hij stond op van het gebed en ging tot zijn discipelen en Hij vond hen slapende van droefheid. 46 En Hij zeide tot hen: Waarom slaapt gij? Staat op, bidt, dat gij niet in verzoeking komt.
   
De Nieuwe Bijbelvertaling
39 Hij vertrok en ging volgens zijn gewoonte naar de Olijfberg. De leerlingen volgden hem. 40 Toen hij daar was aangekomen, zei hij tegen hen: ‘Bid dat jullie niet in beproeving komen.’ 41 En hij liep bij hen weg, tot ongeveer een steenworp ver, en knielde daarna neer om te bidden. Hij bad: 42 ‘Vader, als u het wilt, neem dan deze beker van mij weg. Maar laat niet wat ik wil, maar wat u wilt gebeuren.’ 43 Uit de hemel verscheen hem een engel om hem kracht te geven.
44 Hij werd overvallen door doodsangst, maar bleef bidden; zijn zweet viel in grote druppels als bloed op de grond. 45 Toen hij na zijn gebed opstond en terugliep naar de leerlingen, zag hij dat ze van verdriet in slaap waren gevallen, 46 en hij zei tegen hen: ‘Waarom slapen jullie? Sta op en bid dat jullie niet in beproeving komen.’
bijbelsdagboek.nl
Terug naar het dagboek