Ik loof U, Here, omdat Gij toornig op mij zijt geweest.” Wie kan toch een toornig God loven?
Dat kunnen alleen degenen die net als de profeet Jesaja God hebben leren kennen.
Zulke mensen moeten er beslist geweest zijn in de dagen van deze profeet. Zulke mensen zijn er ook nu, namelijk degenen die zich het eigendom weten van Jezus Christus.
Wij hebben vaak een verkeerd beeld van Gods liefde. Wij denken dat God in Zijn liefde ons alleen maar goede en prettige dingen geeft om ons het leven te veraangenamen.
Maar God kan juist in Zijn liefde heel toornig op ons zijn wanneer wij de verkeerde weg opgaan. Als wij niet naar Zijn roepstem en Zijn vermaningen luisteren, moet Hij ons wel tuchtigen. Hij is toch een echte Vader (Deut.32:6)? Heus, alles wat God doet, komt uit Zijn liefdevolle Vaderhand!
Wanneer we hiervan doordrongen raken, leren we Hem te prijzen en te loven onder alle omstandigheden, ook als heel moeilijke dingen op ons afkomen. Als we ons dan aan Hem toevertrouwen en echt zwak durven zijn, als een kind bij Vader, dan zullen wij Zijn kracht en Zijn uitredding ervaren, zoals Paulus het ook ervaren heeft: „God is getrouw, die niet zal gedogen, dat gij boven vermogen verzocht wordt, want Hij zal met de verzoeking ook voor de uitkomst zorgen, zodat gij er tegen bestand zijt”(1Kor.10:13). Wat is een rijker ogenblik dan dat je na een tijd van beproeving de troost van God Zelf mag ervaren: „Gij vertroost mij”(:1). Dan weten we dat de beproeving zinvol moet zijn geweest. Ja dan leren we om „met vreugde water te scheppen uit de bronnen des heils”(:3).