Ons leven wordt vaak te veel beïnvloed door de mening van anderen. Nu is het fout als wij onze naasten oordelen, maar het is ook fout als wij gebukt gaan onder het oordeel van anderen. Paulus zegt: „Nu raakt het mij zeer weinig, of ik al door u of door enig menselijk gericht beoordeeld word”. Mensen die weten Jezus Christus toe te behoren, voelen zich niet meer zo gauw gewond door het oordeel van anderen, want veel belangrijker dan het oordeel van mensen, is dat wat God over ons zegt. Wat de mensen om ons heen over ons zeggen is meestal niet erg opbouwend, integendeel, het richt ons alleen op onszelf en niet op de Here en daarom is het niet alleen zonde om te oordelen, maar ook om je door de mening van anderen te laten bepalen. Of wij een verborgen omgang met God hebben, is voor buitenstaanders moeilijk te beoordelen, maar waar graag over geoordeeld wordt, is over uiterlijke dingen, zoals in vers 16 staat: over wat we eten of drinken, of over de sabbatsheiliging. Mensen die zo graag een oordeel over anderen hebben, zijn meestal te weinig in de ander geïnteresseerd om de moeite te nemen hen dieper te leren kennen. Integendeel, men wil graag een oordeel uitspreken over hen die een beetje anders zijn, om een reden te hebben hen af te wijzen.
Laat u toch verlossen van het juk van de kritiek van mensen en stelt u met vreugde onder het liefdevolle en zorgzame oordeel van de Here Jezus (1Kor.4:4). Als we in liefde elkaar aan Zijn hoede toevertrouwen, worden alle scheidsmuren geslecht. Dan leven we open naar elkaar toe, elkaar aanvaardend en onszelf aanvaard wetend. Dan wordt binnen de Gemeente van Christus door niemand meer de kans gemist om tot volle, unieke ontplooiing te komen, tot een leven waarvan alleen Christus Zelf de Bron is.