Er is, zoals al gezegd, uiterlijk maar heel weinig verschil tussen een Baäl-profeet en een profeet van Jahweh, de levende God. Ze zeggen allebei „Zo spreekt de Here”! Maar toch is er wel een heel groot verschil, want de Baäl-profeet spreekt uit z’n eigen hart en de profeet van Jahweh geeft door wat de Here tot hem gesproken heeft (Jer.23:21).
Micha, de profeet van Jahweh, heeft zich de haat van koning Achab op de hals gehaald, omdat hij woorden van God doorgaf en niet Achab naar de mond sprak (:17).
Wie godsdienstig wil zijn om er voordeel bij te hebben, kan zich beter aansluiten bij de Baäl dan bij de levende God. Dat heeft Micha ook wel gemerkt in de gevangenis! Als hij er eindelijk een keertje wordt uitgehaald omdat er nog een Josafat is, die toch ook nog wel wil horen wat de levende God te zeggen heeft, dan krijgt hij het verstandige advies: „Laat dan toch uw woord zijn als dat van ieder hunner, en spreek gunstig” (:12)!
Iedere dienstknecht van God, die succes wil hebben en een groot gehoor wil vinden in tijden van geestelijk verval, moet zich aansluiten bij de Baäldienst.
Maar wie Jahweh, de eeuwige Verbonds-God, wil gehoorzamen, zal zich aansluiten bij de eenzame Micha: „Hetgeen mijn God zeggen zal, dát zal ik spreken” (:13b).
Onder tranen zullen we dan erkennen, dat ook in onze tijd een leugengeest spreekt door de mond van hen, die zich wel dienaren des Woords noemen, maar die er niet over denken om stil te worden voor God, omdat ze eenvoudig niet geloven dat God nog spreken zal. Ze vertrouwen op hun eigen gerechtigheid en komen zo ook niet toe aan een luisteren naar God, die daarom ook echt niet tot hen spreken kan!